direct naar inhoud van Regels
Plan: TAM-omgevingsplan Over de Laak - Waterrijk
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0307.BP00239-0201

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het TAM-omgevingsplan met identificatienummer NL.IMRO.0307.BP00239--0201 van de gemeente Amersfoort.

1.2 omgevingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 bestemmingsplan 'Over de Laak - Waterrijk'

de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0307.BP00165-0301Ā vastgesteld door de gemeenteraad van Amersfoort op 3 december 2019;

Hoofdstuk 2 Algemene regels

Artikel 2 Schakelbepaling

Voor dit TAM-omgevingsplan 'Over de Laak - Waterrijk' geldt dat het bepaalde in het bestemmingsplan 'Over de Laak - Waterrijk' als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0307.BP00165-0301 (vastgesteld door de gemeenteraad van Amersfoort op 3 december 2019) onverkort van toepassing is, met dien verstande dat met dit TAM-omgevingsplan artikel 9.2.1 onder b van het bestemmingsplan 'Over de Laak - Waterrijk' komt te vervallen.

Artikel 3 Vervallen

Voor dit TAM-omgevingsplan geldt dat de regel onder artikel 9.2.1 onder b van het bestemmingsplan 'Over de Laak - Waterrijk (Chw)', zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Amersfoort op 3 decemer 2019, vervalt.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

Artikel 4 Overgangsrecht

4.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het omgevingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in sub a, voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk met maximaal 10%.
  • c. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
4.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het omgevingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met het omgevingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
4.3 Hardheidsclausule

Voor zover toepassing van het overgangsrecht gebruik leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard jegens een of meer natuurlijke personen kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht vrijstelling verlenen.

Artikel 5 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het omgevingsplan TAM-omgevingsplan Over de Laak - Waterrijk.